Koninklijke itlilitaire A1LABE1IL GESCHIEDENIS van het GEBOUW DER Geen vermogen der ziel werkt zoo krachtig en zoo onophoudelijk op ons gevoel, als het vermo gen omdoor aanwezige voorwerpenvoorstellin gen op te wekken, die er verwantschap mede heb ben. Deze werking der verbeelding is eene bron van velerlei genoegen. Bij het gezigt van het ou derlijk huiskomen den grijsaard alle de aange name tooneelen zijner jeugd voor den geest, en niet zelden wordt zijn hart er tot tranen toe door geroerd. Doch wij ontwaren dit genoegen dikwijls ook daar, waar die voorstellingen op zich zelf niets aangenaams bevatten. Met weemoed, ja! maar met eenen genoeglijken weemoed, beschouwen wij de kleederen, nog met bloed bevlektwaarinden grooten grondlegger der Nederlandsche Republiek het moordend lood des Spanjaards getroffen heeft. Het schijnt, dat de levendigheid, waarmede die voorstellingen ons aangrijpen, een hooger

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1830 | | pagina 121