io5
van den anderen kant kunnen, wij ons van
verbazing niet onthoudenover de standvastig
heid van geest en de kracht van het godsdienstig
geloof, door velen aan den dag gelegddie als
slagtoffere van hunnen godsdienstijvervan beide
zijden gevallen zijn.
De plaats waar deze gruwel gepleegd was, werd
weinige weken daarna betreden door Al va toen
hij in persoon bezit kwam nemen van de stad en
onder anderen eene aanzienlijke verzameling ge
schut uit het Kasteel liet weg voeren 't welk aan
onderscheidene Graven van Nassauvoor bewe-
zene diensten, door buitenlandsche Vorsten was ten
geschenke gegeven. Had de Regering der Stad
toen allerlei openbare vreugde-bedrijven laten doen
het gesmoorde verlangen der burgerij, om haren
wettigen Heer weder toe te behoorendat zicli bij
de overgave der stad in 1677 openbaarde, en de
ongemeene vreugde, waarmede Prins Willem op
den 24sten Januarij i58o zijne intrede weder te
Breda deed, toonden genoe^Ram, dat die vreugde
blijken bij Alva's komstof gehuicheld of althans
ontijdig waren geweest. De Prins was toen ver
gezeld van den Aartshertog Matthias aan wien
de opper-land voogd ij der Nederlanden was opge
dragen en die gedurende zes weken op het Kas
teel gehuisvest bleef, en met de uiterste pracht
onthaald werd.
