I09
had doen nemenom te Breda een 'Athenaeum
tot dat einde te vestigenonder den naam van
Collegium Auriacumheeft, dewijl de Prins zelf
te veld waslioogstdeszelfs gemalin, vergezeld van
eenen luisterrijken hofstoetter bijwoning van het
Inwijdings-feestzich eenige dagen op het Kasteel
opgehouden en plegtig gehoor verleend. Het feest,
met veel pracht en staatsie gevierd, duurde drie
dagen, en de Regering der Stad toonde hij die
gelegenheid eenen lofwaardigen ijver om het hare
toe te brengenten einde den luister er van te
verhoogen.
Min belangrijk echter, ook om het spoedig ver
vallen van dit Collegiumwas deze vereeniging
van aanzienlijke personen op het Bredasche Kas
teel, dan toen in den jare 1660 aldaar het ge
zantschap verscheen, om aan Ka rel II zijne vol-
komene herstelling op den troon zijns vaders aan
te kondigen. Zijne zuster, weduwe van Willem II,
had hem het Kasteel tot zijn verblijf aangewezen
van hier onderhandelde hij met de voornaam
ste bewerkers zijner herstelling in Engeland, en
hier vervoegden zich zijne broeders, de Herto
gen van York en Glochester bij hemwaarvan
de eerste naderhand als Jacob II den Engelschen
troon beklom, en weder verlaten moest. (-}-)
(V Zie boven bladz, 11 de noot.
(f) Walter Scott in zijn Woodstocklaat 3.arkl de voor -
12
