jjrtjjsttMtt*
DE
Mijn vaandel heb ik trouw gezworen
Gij hebt dien eed gehoordo God
Niels heeft hij van zijn' kracht verloren
Al trof mij ook 'tvijand'Iijk schot;
Al zie ik ook mijn makkers vlieden
Voor 'tovermaglig muitrenrot,
Ik zal tot 'teinde weerstand bieden:
Gij hebt mijn eed gehoord, o God!
Stroom voor het heil van onzen koning
Stroom dierbaar bloed voor 'tvaderland;
Hier boven wacht mij de belooning,
Ja, God! van Owe Vaderhand.
Op U bleef ik altijd vertrouwen,
Ook nu, wanneer mijn doodsuur naakt,
Voel ik mijn levenskracht wel flaauwen,
Maar ook hoe nog 't vertrouwen blaakt.
Vaarwel, Lenoorvaarwel, gij lieve,
Vaarwel, o dierbare echtgenoot!
Dat u vooral mijn dood niet grieve,
Noch 'tkroost dat speelt op uwen schoot;
Spaar, dierb're Gade, spaar uw tranen,
Verheug u, 'k bleef mijn eed gestand,
De dood slechts kan den weg mij banen
Den weg naar beter vaderlands