58
wen zijner meesters toegerust, aanvaardde hij in 1627
andermaal het Opperbewind van Nederlandsch Indië.
Geene moeite noch zorg spaarde Koen om Batavia door
heilzame inrigtingen en prachtige gebouwen te verfraai-
jenen hetzelve tegen de hem omringende vijanden door
vestingwerken in behoorlijken staat van verdediging te
brengen. Het nut van den laatstgenoemden maatregel
bleek weldra duidelijk want de keizer van Mataram en de
koning van Clierïbon belegerden Batavia tweemaal met hon
derdduizend mandoch werden telkens door hem genood
zaakt met groot verlies terug te deinzen. Inmiddels werd
hij door eene kwijnende ziekte ondermijnd en het is te
verwonderen dat zijne geestkracht hem tot in zijne laatste
oogenbhkken bijbleefzoodat hij van zijn doodbed nog
die bevelen gafwaardoor de nederlaag der vijanden vol
tooid werd.
In den nacht van den 20sten Maart 1629 voltooide hij
zijne aardsche loopbaan waardoor Batavia met een rouw
floers overtogen werdin het moederland werd zijn dood
met diep leedwezen vernomen. De Bewindhebberen schre
ven aan den nieuw benoemden Gouverneur-Generaal Spex
dat hij zijne beste vermogens wel mogt inspannendaar
sliet moeijelijk zou zijn eenen man als Koen in het be-
stuur op te volgen."
Het leven van Koen was hoogst nuttig geweesten werd
zeer heilzaam in de gevolgen; aan hem toch hadden de
Nederlanders hunne bepaalde vestiging in Indië te danken
door hem wierden die bronnen geopendwaaruit zoo veel
heil voor handel en scheepvaart vloeide en hij was het,