63 grooter zijn roep van billijkheid fermitoitmoedkunde en ervaring is, des te gemakkelijker zal hij er op liet slagveld in slagen de verschillende gezindheden zijner ondergeschik- len lot éénen wil, den zijnen, zaam te pakken; die éénheid is de kracht van zijn troep die geest maakt onverwinlijk. Ge kunt dan ook niet genoeg doen om den echt militairen geest op uwe soldaten over te planten, om hen dc ondei- werping aan de krijgstucht, dc g'ehechtheid aan het vaandel, de liefde voor 't gevaarde trouw aan het eergevoel, de geringacliting van het leven in te scherpen. Armzalige schijn- Officierendie met épauletten als een gulden schoudersiersel pronktdie het als uw hoofddoel beschouwtin de salons der groote wereld met uwe glacé-handschoenen en blinkende kneveltjesmet uwe aangename conversatie en goede manieren veel opgang te maken maar den soldaat naauwelijks uwer aandacht waardig oordeeltdie hem vaak miskentbe- leediglverwaarloost, mishandelt! verschuilt u toch vooral niet liglvaardig achter deze welbekende zinsnede: «ieder sol daat moet de bevelenhem door zijne meerderen gegeven gehoorzamen en getrouwelijk volbrengen. Ja, hij moei die volbrengenen in gewone omstandigheden zou hij het ook doenindien gij consequent waart in uwe eischenslipt in uwe pliglsvervullingnadrukkelijk in uwe bevelgeving. Maai hebt gij dit in vredestijd verzuimd, in de ure des gevaars, wanneer liet moordtuig des krijgs overal vernielend om ons henen woedtalles verpletterendewat aan zijne woede het hoofd zoekt te biedendan slaakt de vrees voor straf bij den soldaat hare werking, dan moeten andere drijfveren hem tot gehoorzaamheid en volgzaamheid, tot moed en zelfopoffeiing aanzetten; en den Officier, die niet reeds in vredestijd geheel en al soldaat wasden Officierdien hij niet heeft leeren liefhebben en hoogachten, den Officier, op wien hij geen vertrouwen heeftaan wien hij zich niet volkomen heeft toe gewijd dien zal hij niet gehoorzamendien zal hij niet volgen. Vraag het liundie den oorlog bijgewoond hebben hoe 't in de gevaarlijkste tijdperken op liet slagveld toegaat.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1851 | | pagina 163