28
op de Akadeinie teruggekeerd bleef hem ook daar nog liet
noodlot vervolgen. Immers den eerslen dag na zijne aan
komst kon hij niet ingespannen studeeren het weerzien van
zijne makkers, die alle zoo veel te vertellen hadden, maakte
het hem onmogelijk. Hij wilde zoo graag, maar hij kon niet.
Toch werd hem zijn goede wil niet aangerekend, want toen
zijn nader examen ver heneden het middelmatige bleef, toen
het den examinatoren bleek dat Jan meer terug dan vooruil-
gegaan waswerd er in den Haad van Toezigt en Bestuur
besloten dat de arme Jan niet in zijn tweede studiejaar zou
overgaan
Jan bleef zitten en beklaagde zich in zijne brieven naar
huis zeer over de onbillijkheid waarmee zijn lot beslist was.
Anderendie veel minder wisten dan hij waren in hun
tweede studiejaar geplaatst maar hij had geen protectie
niemand ondersteunde hem vat je?
Wij hebben op de Akademie reeds meer dan één Jan
Langeveld lecren kennen, die niettemin later nog goed te
regt kwam omdat hij zich de hittere ondervinding van zijn
eerste studiejaar ten nutte maakte. Ochdal die treurige
ondervinding voor sommigen noodig moet zijn het berouwt
hun later vaak zoo erg 1 Daar we echter in de eeuw der
assurantiën leven, en lot nu toe vruchteloos uitgezien hebben
naar een middel, 0111 op goede gronden eene maatschappij
van onderlinge verzekering tegen het zitten blijven van Jan
Langevei.ds te ontwerpenpoogden we door deze schets daarin
te gemoel te komen. Welligt herkent zich een achterblijver
in onzen spiegel. O! mogt hij dan van zijne dwaling terug-
keeren eer het te laat is. Wij durven er ons niet meè vleijcn
maar wij hopen het.
J. O. J. K.
Br., 20 Sept. 1851