41
binnen Groningen le ontnemen; doch wat haatte het? Al die
blijken van wantrouwen leidden hem niet alleen tot groolere
omzichtigheidmaar ook lot bespoediging van het verraad
daar aan Rennenberg nu geen andere keus overbleef, dan om
door verdenking en afgunst op den achtergrond te worden
geschoven, of als berouwvol dienaar van zijnen Monarch op
vergiffenis en belooning te hopen. Ook v. d. C. zag dit
inen beseffende dat hier handelen te pas kwamen geen
marren bood hij zich en de zijnen herhaaldelijk en met klem
der Vroedschap aan om onder eigen verantwoording den
Landvoogd en diens aanhangers gevangen te nemendoch
te vergeefs, vele leden waren verre van Staatsgezind, andere
le schroomvallig van aard, en slechts eenen enkele heeft de
geschiedenis geboekt als het volle vertrouwen van v. d. C.
verdienende den edelen en wakkeren Eopko Ufkens. Spoedig
zagen thans beide vrienden in dat binnen Groningen door
hen niets ten goede kon worden uitgericht, en dat men
aldra zou overgaanhenzoo 't heetteonschadelijk le
maken: er moest dus ter dienste van 'tVaderland een ander
plan ontworpen wordenen weldra waren zij t eensGro
ningen te verlaten, van heinde en ver de ter beschikking
staande benden marschvaardig te houden, en vooral den
ruwen, maar wel gezinden Watergeus Bartiiold Entes, den
van wege de Friezen benoemden Opperbevelhebber der troepen
in die kwartierenhet gewicht ecner tijdige beweging lot
insluiting der stad voor te spiegelen. Met welken uilslag
v. n. C. hierbij werkzaam was, valt gemakkelijk te door
gronden, als men weet, dat hij reeds des avonds van den
5,lc" Maart (1S80) met de eerste vendelen voor Groningen
verscheen, toen Rennenberg in den loop van den 2,lc" zijn
zwart verraad door geweld volvoerd had. Met gegronde
reden mogl men thans hopendat het verraad zich binnen
de muren van Groningen zelf beperken zou en dat de zaak
der vrijheid geen ernstig gevaar zou loopen't was echter
verre van daar. V. u C. spoedde zichnadat Entes het bevel
vóór de stad op zich genomen had, naar Sonoï, en werd