64 Vrcdesvricnden't welk zicli tot (aak stolt, de hcerschzuchl van veroveraars schadeloos te makende brandspuitendie jammerlijke oorzaken van brand, welke niet spoedig genoeg opgeruimd kunnen wordenzijn de legers en vloten. Deelt ge nu mijne bewondering en hoogachting; keurt gij thans mijne eerbewijzen goed? Dan zult ge ook wel hegeerig wezen, mijne u beloofde aanhaling te vernemen; want de wijsheid uit den mond der Vredesvrienden moet u, dunkt mijwelkom zijn. Een hunner dan ge behoeft mij niet te gelooven, maar zult aan de waarheid niet meer twijfelen, wanneer ik u verzeker het in de Opregle Haarlemsche Courant gelezen te hebben een hunner die den legers een laatslen nekslag wilde geven, toonde op degelijke gronden aan, dat indien men den knapen geen Ncurenberger doosjes met looden soldaten geen trommen geen sabels geen geweertjes geen kanonnetjes in handen gaf, indien men hun het soldaatje- spelen streng verbood, de liefde en lust voor den krijgsstand weldra bij hen uitgedoofd zouden wezen. De legers zouden hun eigenzachten dood stervenindien men ten minste tevens de gedwongen militie-dienst afschaftewant zij zouden geen liefhebbers tot aanvulling der gelederen vinden. Vooral ook moesten alle meisjespoppen ten vure gedoemd worden want hij 't opschikken van deze maakten zich onze aankomende moeders die rampzalige behaagzuchtdie afschuwelijke co- quelterie eigen, welke, later tot zoo veel twist en verdeeldheid aanleiding gevendeals voedsters van den oorlog 1e beschou wen zijn. Zie, zóó moet men tot de bron, tot de oorzaak van het kwaad welen op te klimmenen daardoor alleen kan men het ernstig te keer gaan. Voorwaar, indien men de Vredesvrienden slechts begaan laat, zullen er weldra geen legers meer zijnen dan kan het niet missen of de eeuwig durende vrede is aangebroken Maar zoo is de menschdoor het lezen der overtuigende redevoeringen van die brave, gemoedelijke, doortastende Vredezoekers was ikop hun gezagallengs gaan gelooven dat werkelijk de soldaat een laag en verachtelijk wezen was

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1852 | | pagina 154