76 onderwerping, waarvan de voorbeelden, veel menigvuldiger dan men denkt, in zich zelve eene zoo groote verdienste hebbendat ik geene deugd kenwelke met ben is te ver gelijken? Waar vindt men nog die zorgelooze opgeruimdheid in hel gevaar, welke het kenmerk is van sterke zielen, cn dien al ouden eerbied voor het gezag, welke het kenmerk is van trouwe harten? Waar vindt men eindelijk dat eer- cn pliglgevoel, welke de dikwijls zoo vernederende gehoorzaam-, beid tot den rang eener verhevene deugd verheft, en den mensch geschikt maakt tot de schoonste daden cn tot het edelste van alle offers, het offer van zijn geluk, van zijne vrijheid, van zijn leven? En wat zou er van deze deugden, wier voorbeeld voor de maatschappij zoo nuttig cn zoo noodig is, worden, zoo de krijgsstand aan blinden haat, aan onregt- vaardige vooroordeelen werd opgeófferd? Zij zouden, even als zoo vele andere deugdenverzinken in den poel van het materialisme, hetwelk heden ten dage onder allerlei vormen door beuzelaars en socialisten weder in het leven is geroepen. «Verder, wat hebben wijom deze deugden te vervangen? Niels. De eigenbaat heeft alles verzwolgen behalve het leger, dat gelukkig nog sterk genoeg isom hulp te bieden in den storm. «Inlusschen blijft de soldaat, die martelaar der eer en adei landsliefdcop den duur een voorwerp van de onregt- vaardigste en hevigste aanvallen. Men brengt hem zelfs °de deugden niet in rekening, die hij op hel slagveld aan den dag legt. anneer hij op het eerste teeken naar de bedreigde grenzen vliegtof zich onbeschroomd voor eene barricade vertoont; wanneer hij met gelatenheid honger, dorst, ver moeienis, de hardste ontberingen draagt; wanneer hij valt door liet moordend lood van een vijand of een broeder wanneer hij eindelijk den geest geeft onder dc hoeven 'der paarden of op de steenen der straal, zonder spijt, zonder verwenschingen met heilbeden voor zijn vaderland op dc lippen dan vindt men zijn gedrag zeer natuurlijkhij heeft slechts zijn pligt gedaanen hij is er voor betaald om het le

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1852 | | pagina 166