l'art d'etre heureux Bij den eersten aanblik verwonderde
mij die titel, ik vroeg mij zeiven af: «maar is het dan eene
kunst, die men kan aanleerenhangt ons geluk niet geheel
van uitwendige omstandigheden af, die voor 't grootste ge
deelte van onzen wil onafhankelijk zijn?" Ik kom echter hoe
langer zoo meer tot de overtuiging, dat het wel degelijk eene
kunst is, dat de mensch zelf zeer veel doen kan om gelukkig
te wezen, en dat hiertoe een voornaam middel is, het op
zettelijk opsporen der goede zijden van zijn lot. Geen beroep
is er in de maatschappij, dat zulke goede zijden niet heeft,
maar ook staan in elk beroep tegenover die zijden de schaduw
kanten. De mensch is veelal geneigd van het zijne de laatsten
van dat van anderen alleen de eersten in oogenschouw te
nemen; van daar ontevredenheid. En waarom dit niet na
gelalen wanneer we overtuigd zijn van het verkeerde dezer
handelwijs, van den nadeeligen invloed, dien het op ons
geluk heeft? Juist zij, die met hunnen stand niet tevreden
zijn en die bij voorkeur op de onaangenaamheden van dien
stand hunne aandacht vestigen, zijn het, die op de jonge
Officieren een verderfelijk en invloed uitoefenen. De jonge
leden van het Officiers-korps toch zijn in den regelwanneer
ze in dat korps optreden, nog zeer buig- en kneedbaar; ze
zijn nog in het tijdperk der geestelijke zoo wel als der
ligchamclijke ontwikkeling. Het karakter heeft nog niet zijn
volkomen vastheid aangenomen. Allen zijn ze nog vatbaar
voor vorming door verlichting. Ze staan eigcnllijk op den
kruisweg. Ze hebben tusschen het smalle pad van militaire
deugd en pligtsvervullingvan liefde voor hun beroep en
zucht tot degelijkheid, en den breeden weg van werk
tuigelijkheid lediggangen den daaruit voortvloeijenden
tegenzin te kiezen. Yan alle zijden laat zich de invloed
der levens-indrukken der dienstbetrekkingen en der stand-
genooten merkbaar voelen. Ilunne phanlasie vol levenslust
roept voor hunnen geest de bontste beeldenschept hun de
zonderlingste voorstellingen. Het leven vertoont zich voor
hen nog in hel rozengewaad der opgaande zon. Zij zijn als