108
is de schildering die Hooft in zijne kernachtige laai van die
zeehelden geefl«rapsche gasten, kroes van opzight, en
yslyk in 'toogh. Deezen was d'eene arm geknotdie den
voet oft het been quyt, en kloste op stomp oft stelt; d'andre
lecden doorhakt, doorboort, en de huil 't zaamengenaait niet
lilleekens der uitgestaane stryden
Schor van spraak, styf in den bek
waaren zeen vermeetel genoeghom uit te slaan dat zy
nocht landtvooghdtnocht Paus noclit Kaizar, nocht eighen
Kooning, meer dan den geringsten Spanjaardt, verschoonen
zoudenindien yemandt der zelve hun aan boordt quam om
beide lyf en ziel in slaverny te brengen. Niet zoo reukeloos,
echter, als rauw vond men dit volk, dat vlytelyk op orde;
en 't woordt zyner bevelhebberen pastewaaronder wel be-
scheyde en deftighe mannen waaren." (P. C. Hooft's neegende
boek der Nederlandsclie historiën).
Die Zeeuwen, de schrik der Castiliaansche krijgsbenden,
waren liet, die door kracht van inspanning, door tal van
gevechten, door buitengewone volhardingen dapperheid, de
vloot over het verdronken land brachtende Spaansche sterkten
vermeesterdenden kring verbraken door 's vijands beleid
0111 Leiden heen geslagenen eindelijk op den 5,lc" October
1574 dien onvergetelijken dag in de jaarboeken van Neder
land de heldhaftige stad hebben bevrijd, toen de hongers
nood daar reeds lot zulk eene hoogte was geklommen, dat
de wederstand niet langer mogelijk was dal het wonderbaarlijk
was dat die weerstand zoo lang had geduurd I
Wij hebbenin deze weinige bladerendc eerste scheeps
strijden van onze Voorvaderen tegen Spanje willen schetsen.
Vluchtig en gebrekkig is die schels geblevenmaar ons doel
zal bereikt zijn, wanneer zij dient om daardoor eenigzins
de aandacht te vestigen op die eerste jaren van den kamp
legen Spanje, jaren zoo rijk aan volksdeugd, aan verhevene
volharding, aan onsterfelijke heldendaden. Hollands zeemacht