25
slechts ile Iweecle in 't opperbevel was, op den nog zoo jeug
digen Fkiso. Neen, terwijl Marliiorougii en Nassab-Wouden-
RHiG zicli bij 't convoijeeren der krijgsbehoeften uit Antwerpen
en Oslende grootcn lof verwiervenen Bouflers als verde
diger der vesting hoogen roem inoogsttebleef ook voor den
wakkeren J. W. Fa. menig lauwer gespaard, dien men hein
wegens zijne onafgebroken inspanning en beleid in de loop
graven, en wegens zijne onversaagdheid en volharding bij
aanval en bestorming moest toekennen. lloe de Prins,
toen in het begin van 't beleg zijn trouwe kamerdienaar
du Cehceau naast hem werd doodgeschotenterwijl deze hem
kleedde, geen oogenblik zijne bezinning verloor, of er aan
dacht dal ook hij zelf hel grootst gevaar liep, maar alleen
zijn leedwezen over hel verlies van zoo vcrknochten dienaar
uitte: dit is ten naastenbij in elke geschiedenis van dezen
oorlog ter kenmerking van 's Prinsen karakter opgeteekeml
maar minder is het bekend, hoe gering zijne vervaardheid
van geest was, toen hij ook bij Rijssel ten doel stond aan
de moord-aanslagen van onbekende belagers. <1 Ontrust u niet
mijne Heerenwas zijne eenige toespraak lot hen, die hem
tot schroomvallige behoedzaamheid wilden aansporen; «ik
heb in mijn leven reeds menigmaal dergelijke brieven ge
kregen en meen daarin uitsluitend op de zorg der Voor
zienigheid te moeten vertrouwen." Men had hem loeh door
een van venijn doortrokken papier in een brief-omslag willen
vergiftigenmaar even als het zoo voortreffelijk toonbeeld
dat hij steeds voor oogen hield, de eenige Willem 111, zijn
vaderlijke begunstigerscheen hij den tijdgenoot tot de er
kenning te willen nopen, dat «niemand ooit iets kon ont
dekken, waarvoor de Prins van Oranje vrees gevoelde."
Ongedeerd en met roem overladenkeerde de thans innig
gelukkige J. W. Fr. na den veldtocht naar Leeuwarden terug,
en vierde hij in April 1709 te Kassei onder de hooge in
genomenheid der Friezen en Groningers zijne bruiloft met de
even schoone als deugdzame Maria Louïsa maar geenszins
om in laffe rust den lijd te verspillendien hij ter dienste