23 bataljons onder zichde Prins er vóór slechts 31 maar hem werden er nog 21 toegezegd van de achterhoede, die onder Generaal Withers uit Doornik te wachten waren. Berekenende dat deze te laat bij den linker vleugel zouden aankomen gelast Marlborough later den Generaal Withers, in den rug des vijandelijken linker vleugels op te treden maar laat tevens den Prins verstoken van alle versterking, hoe noodig ook. Tilly, die in last had den Prins aan te kondigen dat liet oogenhlik tot den aanval geslagen was, huivert, nu hij Withers niet ziet opdagen, de Nederlandsehe troepen ter slachtbank te doen voeren, en laat niets van zich hooren. De Prins daaren tegen wien gelast iseen half uur na 't openen van hel vuur op den rechter vleugelden aanval te beginnen en bereids sedert lang het gesehutgedonder vernomen heeft, verleert als van ongeduld aan 'l hoofd der zijnen. Hoe gaarne zou hij door de tijdige overweldiging der geduchte verschansingen het grootsche pleit voldingen, eer nog Eugenius en Marlborough hunne taak hadden volbrachtMaar zelfs zonder dien prikkel van versclioonlijke eerzucht, was het van overwegend belang dat de Prins niet werkeloos bleef, of Bouflers had ten min sten met 40 bataljons den slag op der Franscben linker vleugel of in luin centrum kunnen doen verkeerenof althans het Fransche leger tegen allen aanval in den rug kunnen dekken, 't Is waar, nu de toegezegde versterking achterbleef, mogt J. W. Fr. niet rekenen te slagen in de hem opgedragen taak, moest hij zelfs er op rekenen het hoofd te zullen stooten, en onder de zijnen eene vreesselijke slachting te zullen zien aan richten; maar is daarmede zijne werkeloosheid verantwoord, eene werkeloosheid, die zoo beslissend werken kan? Ilij be seft zulks levendig, en, zijn spijt verkroppende over de hem onverklaarbare teleurstelling, geeft hij het sein tot den koen- sten aanval waarvan de geschiedenis der veldslagen rept. Nog meer: hij gevoelt het; niet ééns, maar bij herhaling, on ophoudelijk zal er moeten worden aangevallen niettegenstaande wellicht gansche bataljons rondom hem zullen worden wegge maaidMaar wat nood!Hij rvect ook, dat de troepen,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1853 | | pagina 103