u Den So"1"' Mei verliet hij Cajenne, waar hij een advies-jagt achterliet en 200 man onder het opperbevel van den Com mandeur Quirijn Sprenger, die tot Gouverneur werd aange steld. Ingevolge zijnen lastbrief moest hij zich nu naar Tabago begeven, maar daar de gelegenheid niet gunstig was, dit eiland te bezeilenen genoemde lastbrief hem ook vrijheid liet zulks later te doenbesloot de krijgsraad op zijn voorslag eerst nog tot ecnige andere ondernemingen. Het gevolg hiervan was de verovering van bet eiland Marie- Galantewaar alle suikermolens werden afgebroken en zes honderd slaven en slavinnen medegevoerd; waarop het Eskader naar Guadeloupe zeilde, in welks verovering men evenwel niet slaagde, zoodat nu de onvermoeide Commandeur naar S'. Martin overstak. Op dit eiland leverde hij den Franschen een hevig gevecht daar zij de door hem gevorderde brandschatting weigerden te betalen. Schitterend blonk hier weder de moed uit van de Nederlandsche troepen en de wakkere Zeeliedendieniet tegenstaande de vijand zich achter eene hooge en sterke borst wering verschanst badniet aarzeldenom lot handhaving van de wapen-eer van den Staal, bet bijna onmogelijke te doen gedurende den nacht droegen zij eene scheepsboot en drie sloepen een eind weegs over land naar het water, dat nabij cn voor die verschansing stroomde; deden zich daarmede tot bij de borstwering overbrengenen toen de werking van het geschut bun te langzaam scheen, vielen zij inet de sabel in de vuist en met geveld geweer den hardnekkig strijdenden vijand aan, en noodzaakten hem zijne post te verlaten. Ook hier werd alles vernielden een honderdtal slaven medegevoerd. Binckes oordeelde nu dat hel tijd was, bet eiland Tabago, het hoofddoel van den togl in bezit te nemen cn daar eene volkplanting te stichten. Te dien einde zond hij den op hem in rang volgenden Kapitein Jan Bont vooruit daarheen, met drie oorlogschepen, een advies-jagt en eene fluit, nadat de Commissaris-generaal Carloff met vier honderd slaven en vele plantersdie zich op de veroverde eilanden bij hem gevoegd

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1853 | | pagina 122