56 en bijzonder die van het wapen, de velddienst, taklick, en een algemeen overzigt van de strategie. 18. De artillerie in liaren geheelen omvang. 19. De versterkingskunst. 20. Het militair regt. 21. De grondige beoefening der artillerie-exercitiën met de verschillende vuurmonden alsmede theoretisch de cska- dronsschool van het Kavallerie-reglement. 22. De paardenkennis, de rij- en afrigtingskunst. 25. Het vuurwerken en de beweging der lasten. 24. Het paardrijden. 25. Het schermen, dansen, zwemmen en de gymnastische oefeningen. 26. De Infanterie-exercitiën als voor de Kavallerie bepaald is de Kadets der Artillerie moeten echter in staat zijn, om de soldaten- en pelotons-school te onderwijzen, en de bewe gingen der hataillons-school gercedelijk te doen uitvoeren. li. Artillerie voor de KoLONlëN. Hetzelfde onderwijs als voor de Artillerie hier te landemet de uitzonderingen en bijvoegingen onder Lelt. c voor de In fanterie in de Koloniën vastgesteld. i. Genie hier te lande. 1Dezelfde vakken als voor de Artillerie hier te landevan N" 1 tot en met N° 20, onder Lett, g aangewezen, met dien verstandedat de artillerie-cursus dezelfde is als voor de Kadets der Infanterie en Kavallerie; terwijl de versterkingskunst en de vestingbouw in hun geheelen omvang moeten onderwezen worden. 2. De hydrodynamica. 5. De burgerlijke bouwkunde. 4. De waterbouwkundezoo veel als voor het wapen ver- eischl wordt. 5. De geheelc geodesie.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1853 | | pagina 58