59 Bij cle Landmagl De fung. Sergeantengoudenin plaats van zijden lissen op den kraag van den sluitjas, en twee gelijke lissen aan iedere voorzijde van den kraag van het mouwvest; De fung. Korporaalsecne gouden lis in plaats der zijden lissen op den kraag van den sluitjasen eene gelijke lis aan iedere voorzijde van den kraag van het mouwvest. De Kadets, die als Sergeant en als Korporaal fungeeren, oefenen het gezag aan die graden verhonden over de andere Kadets uitin al de omstandighedenwaarin zij zich met betrekking lol de Akademic hij elkaar bevinden. Zij zijn ondergeschikt aan al de gegradueerde personen der Zee- en Landmagt. SLEEDING. De Kadets mogen gedurende hun verblijf aan de Akademie geen andere kleedingstukken ander linnen of schoeisel dragen dan hun door de Akademie zijn verstrekt. Hun kan het dragen van wollen onderkleeding worden toegestaanindien dit voor hunne gezondheid noodzakelijk wordt geacht. De goederen of kleedingstukken door de Kadets hij hunne komst op de Akademie meêgebragtworden voor hunne rekening aan hunne ouders of voogden teruggezonden. OVERGANG VAN HET EENE WAl'EN TOT IIET ANDERE. Deze overgang kan alleen plaats hebben in de twee eerste studiejaren. Wanneer een Kadet van de Infanterie of van de IHariniers tol een ander wapen overgaat, moet hij sup- pleeren hetgeen door hem, gedurende zijn verblijf aan de Akademie, minder is betaald dan voor het wapen waarhij hij overgaat, is vastgesteld. Wanneer twee Kadets onderling van wapen verwisselen, komt hetgeen de een tot het tijd stip van zijnen overgang meer betaald heeft, dan de bij drage voor het wapen waarhij hij overgaat 'sjaarlijks beloopt, m mindering van de hiorvoren bedoelde suppletie. De Kadet

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1853 | | pagina 61