21 Hel kan natuurlijk hier geenszins mijn oogmerk zijn tie veldtochten van 1708 tot 1711 den lezer in hun geheel voor oogen te stellenhoezeer het mogelijk verkieslijk ware om naar waarde te doen uitkomenwat schoone rol de jeugdige Prins op hel zoo schitterend oorlogs-tooneel dier dagen ver vulde zelfs is het niet van mij te vergente dezer plaatse in 't breede uit te weiden over alle omstandigheden der veld slagen van Oudenaarde en Malplaquetder belegeringen van Rijssel en St. Venantwaarbij J. W. Fr. zich meer dan elders vermogt op den voorgrond te stellen. Om het bestek van dit Jaarboekje niet te overschrijden, zal ik mij stiplelijk moeten bepalen tot hetgeen den jeugdigen Prins persoonlijk betreft; en dit kan des te beter, daar de weet gierige lezer in de tafereelen van Neêrlands Heldendaden te Land, ons door de welversneden pen van den Hoogleeraar Bosscha geschonkeneen verhaal dier veldtochten vindt, dat in levendigheid, zamenhang en volledigheid weinig of niets te wenschcn overlaat. Aldaar kan hij lezenhoe 't kwam dat der Franschen rechter vleugel in den opmarscli legen het honds-leger hij Oudenaarde zoo ver ongedekt vooruitgescho ven stond, dat Marlborough aan den grijzen Ouwerkerk kon opdragen de stoute omtrekking te bewerkstelligendie de afsnijding van een gedeelte der Fransche krijgsmacht ten ge volge had. Hierbij nu was het, dat J. W. Fr. aan het hoofd zijner bataljons beslissend optrad; door bosschaadjcn en enge wegen daalde hij moedig van de hoogte bij Maroles naar den vijand af, en stiet weldra op de bloem van 's vijands leger, op troepen van 's Konings Huis. Schoon gedekt door slooten en heggen niets waarde deze thans vrij voor den te duchten aanvalgeen terrein-hindernissen zouden in dit oogenblik op nieuw den wakkeren vorstenlool belettenmet glans de hem opgedragen taak te volbrengen 1 Nadat de bijl van den sap peur de noodige opruiming heeft gemaakt, geeft J. W. Fr. het sein tot den aanvalen zijn heldendegen baant zich onvervaard een weg door de wel verrastemaar geenszins verbijsterde vijanden. Naauwelijks echter was 't hem gelukt

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1853 | | pagina 99