89
lieid. Vele zaken schijnen kleingeestig die met deze
orde in een naauw verband staanen daarom van hel
grootste belang geacht moeten worden.
G°. Gelijk in menig kaartspel de eene kleur den voorrang
moet hebben boven de andere, zoo is dit ook in ons
spel des geluks met de verschillende wapens het geval.
We moeten echter wel voor oogen houdendat alle
kleuren tot de eindclijke winst van het spel in gelijke
mate bijdragen, en alleen de kleingeestige maakt zich
aan geringaehting schuldig.
7°. Even als in het Jassen 't nederig zeventje zich soms in
den magtigen boer of jas herschept, of ook, gelijk in
't Omberspel dc nietige twee onverwachts manille wordt
zoo gebeurt bet menigmaaldat in den schijnbaar weinig
beteckenendcn speler een degelijk leider sluimert, en dat
eene gunstige zamenwerking der omstandigheden hem
plotseling eene belangrijke plaats doet innemen. Maar
vele zevens beschouwen zich als jassenvele tweetjes
steken hoovaardig het hoofd op en achten zich manilles,
die door het keeren of noemen eener andere troefkaart
in het niet terugvallen.
8". Menig jasser vergooit zijn spelen gaat alle kleine
voordeelen welke hij zich toe kon eigenen, gering-
achtend voorhij om roem te verwerven, 't Is een
verleidelijk lokaas men rekent zoo ligt bij drie boeren
den vierden te krijgen 1 Intusschen zoo dit er bij 't jassen
door kan; bij ons spel des geluks niet. Bij 'tjassen
toch werkt de roem tot de winst van het spel mede
bij ons spel daarentegen moet de roem door de winst
voorafgegaan en juist daardoor gevestigd worden. Geen
speler beschouwe dus den roem als het doel van zijn
spel: ieder spele zoo goed mogelijk, met onafgebroken
toewijding, oplettendheid, inspanning; en indien hem
de roem toekomt, zal deze hem niet ontgaan.
9°. De roem wordt met kruisjes gemerkt.
10°. Het zelf-roemen is bij ons spel, even als bij het jassen,.