103
Bij 't worteltrekken zweeft haar geest
Op 't schnrsencelen-bed
Op paslinaken gele pcên
Op mieriksworteldun gesnecn
Of wortels uit hel kakebeen
Getrokken door Tronchct
Al kent zij 't zonnestelsel niet
De zon verwarmt haar ook
Schijnt zij voor haar horizontaal,
Of koestert zij haar verticaal
Zij geeft om cirkels noch ovaal
En al dal kunst-gespook.
Of de aarde rond of vierkant is,
Stoort haar genoegen niet
Als slechts op 'l plaatsje waar zij leeft
De liefde en vriendschap haar omgeeft
En gulle blijdschap om haar zweeft
In 't huislijk rijksgebied.
Daar rekent zij met oog en ziel
Dc som der harllijkheid
Ontvangt de liefde en telt niet na
Omvat die zonder Algebra
Waardeert die zonder Statica
Slechts door natuur geleid.
Een vermaard kiezentrekker uit vroegeren lijd Ihans door andere kiezenlrek
kers vervangen.