50 De Officierdie na eene maand in eene Kompagnie gediend te hebben, de goede, ijverige en ervaren Onderofficiers en Korporaals nog niet van hunne minder geschikte makkers heeft leeren onderscheidenbewijst dal hij slecht gediend heeften al was hij overal tegenwoordig waar zijne pligt hem riep al bleef hij huiten berispinghij heeft geen aan spraak op het aangenaam bewustzijn van naauwgezette pligls- vervulling. Doch dit niet alleen; na de minder goede te hebben leeren kennen is het zijne taak hen goed te maken. Dat is soms een zeer moeijelijk werk; dat vereischt veel overleg, veel ijver, veel takt, en alleen door naauwleltendc toepassing van de verantwoordelijkheidgepaard met een onafgebroken toezigt, kan hij daarin slagen. Ik sprak hier bepaaldelijk van uwe verantwoordelijkheid voor uw peloton en deed dit bij voorkeur omdat dit juist degene isdie het meest uit het oog verloren wordtdoor dien zij, schijnbaar ten minste, niet geheel in den aard der dienstregeling gehandhaafd wordt. Gij zult haar van zelf wel uitstrekken tot de verantwoordelijkheid bij alle andere dienstverrigtingenals Officier der weck, als kommandant ecner wacht, al= detachements-kommandanlals instructeur of aanvoerder bij exercitiënmisschien later als onderwijzer der Onderofficiersdie zich op het verwerven der épaulet toeleggen. Kortom altijd en overal moet het wigt der ver antwoordelijkheid gevoeld en gehandhaafd worden: die er het beste begrip van heeft, die zal ook het best zijne pligten vervullen. lleh ik u vroeger op de noodzakelijkheid van strengheid en billijkheid gewezenheb ik daarna aangetoonddat deze onmisbare karaktertrekken van den Officier zonder eene zich zeiven beheerschende waardige bezadigdheid niet bestaan kunnenhet zal u thans van zelf in 't oog vallendat gij om het regt te hebben van in dienst streng te wezen ijverig cn trouw uwe eigen pligten vervullen moet. De Officier, die te laat op een appél verschijnt, verliest het regt om den Soldaat te straffen, die er niet op zijnen tijdis; de Officier,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1854 | | pagina 96