ONDERZOEK en BELIJDENIS.
liet ziele-lcvcn is cene aaneenschakeling van gewaarwor
dingen waarvan de draaddie ze onderling verbindt
menigmaal zoo fijn gesponnen isdat hij aan liet oog ont
snapt. Indien wij met scherpzinnigheid en een goed ge
heugen begaafd den blik naar achteren wilden slaan op de
afgelegde levenshaan om ons rekenschap te geven van elke
vrijwillig bedreven daad, van iedere vastgehouden gedachte
op hoe menige tegenstrijdigheid zouden wij stuiten hoe raadsel
achtig zouden wij ons zeiven zijn hoe streng zouden wij ons
aan de teer houden dat de ondervinding de beste leermees
teres is hoe klaar zou het ons worden dat het verstand
eerst komt met de jaren en toch nooit ten volle komt
Treden we vaak in dat onderzoek Belijden wij T ons zelvcn
opregt en haasten we ons de vraag ontkennend te beant
woorden. Daar zijn er gekonfijt in de geschiedenis van hun
land van de wereld zelfsmaar in de geschiedenis van
hun eigen hartin de wijsgeerige geschiedenis van hun leven
zijn zij vreemdelingen.
Toch is dal onderzoek niet altijd even moeijelijk en ont
vangt men van lijd tot tijd indrukken zóó diep dal zij
onuilwischhaar zijn. Kan ik het ooit vergelen, hoe ik te
moede was toen ik als Kadet mijne loophaan intrad toen
ik het toppunt mijner wenschen bereikt had hij het ontvangen
der Officiers-épaulettoen ik mijn eenzelvig leven vastsnoerde
aan dal van een anderdie mij een hemel op aarde was
toen ik vader werd?
Ik ga niet verder. Op deze pleisterplaats in mijn levens
loop wil ik een oogenhlik verwijlen. Wat mij gebeurd is,
en mij dunkt wat mij overkomen zal niets evenaart het