24
De Officieren en Ambtenaren der Koninklijke
Akademie voor de Zee- en Landmagt aan
T)r. Naegeli.
's Konings besluit, waarbij Gij, waarde Doctor, op Uw
verzoek uit 's lands dienst op de meest eervolle wijze wordt
ontslagen, vervult ons met tegenstrijdige aandoeningen. Wij
verheugen ons, dat U op vergevorderde jaren, na een uiterst
werkzaam en nuttig leveneene welverdiende rust te beurt
valt; wij betreuren het, dat wij U, die sedert meer dan
een vierde van eene eeuw onzer Akademie de gewigtigste
diensten hebt bewezen, uit ons midden verliezen.
Hoe menigmaal heeft Uwe uitgebreide kennisUwe rijke
ondervinding ons of de onzen van een dreigend gevaar ge
red hoe menigmaal hebben wij Uwe welwillende belangstel
ling, Uwe heusche hulpvaardigheid, Uwe onvermoeide zorgen
ondervonden Nooit hebben wij Uwe hulp te vergeefseh
ingeroepen; nooit heeft ons vertrouwen op U gewankeld.
Steeds hebben wij in U bewonderd den nederigen geleerde
den ervaren arts, den meewarigen menschenvriend. Groot
zijn dan ook onze verpliglingen jegens Uonbegrensd onze
achting, duurzaam onze erkentelijkheid.
Het is de wensch van ons allenU niet van ons te laten
gaan, zonder U een blijk te geven van onze dankbare
huldevan onze hartelijke toegenegenheid. Gelief datgene
wat wij U aanbieden te ontvangenniet als eene belooning
voor de uitstekende en onschatbare diensten ons bewezen
maar als een aandenken aan elk onzer, als een gering blijk
onzer erkentelijkheidals eene aanbeveling in Uwe voort
durende vriendschap.
Moge de eervolle rust, die Gij zoo ruimschoots verdiend
hebt, van langen duur zijn, Uwe krachten gespaard blijven
tot heil der lijdende menschheiden 's Hemels zegen U
volgen op Uwe verdere levensbaan.
Breda, October 18S4.
