9
overal waar gestreden werd, deden de Friezen hun helden
arm ontzien.
Maar niet enkel om zijne gaven als oorlogsman werd Ju-
winga tot Potestaat verkozenhij had die schitterende on
derscheiding ook daaraan te dankendat hij den roem had
een reglvaardig, bezadigd en onpartijdig man te zijn, -
zoo als een goed Regent dit wezen moet. Het geslacht der
Juwinga's was de partij der Vellcooperrs toegedaan; toch
schijnt het dat de Scliieringersnog meer dan hunne te
genstanders de verkiezing van dien man hebben doorge
dreven,een duidelijk blijk van de achting en het vertrou
wen die hij zijnen Iandgenoolen inboezemde.
Juwinga, onderrigt van het reusachtige der strijdkrachten,
die aan de Ilollandsche kust zamenlrokken om Friesland te
overheerenoordeelde dat het roekeloos zou zijn dien zoo
overmagligen vijand regtstreeks het hoofd te biedendade
lijk een grooten veldslag te leverenzulk een veldslag kon
niet anders dan noodlottig uitvallen voor de Friezen, wier
leger in getalsterkte niet het zesde gedeelte van dat des
vijands uitmaakte, en bovendien grootendeels uit landvolk
bestonddat wel dapper en krijgshaftigmaar slechter ge
wapend en minder geoefend was dan de edelen en ridders
van Hertog Aldreciit en hunne volgelingen. De Potestaat
stelde daarom voor, eenen veldslag te ontwijken en het
leger te verdeelen binnen versterkte steden en schansen
wier belegering tijd zou doen verliezen en de krachten des
vijands te niet doen gaan.
Dit oorlogsplan, door Juwisga voorgesteld, was wel het
verstandigste dat de Friezen konden volgenhet was even
zeer geëigend voor den gronddien zij bewoondenals
tegen den vijand, dien zij bestreden. Het Friesland van
onze dagen, overal met uitmuntende wegen doorsneden, kan
onmogelijk een denkbeeld geven van wat dat land vóór vier
of vijf eeuwen was: toenmaals was het met meirenmoe
rassen en bosschen overdekthet was een doorsneden grond
op vele plaatsen onbruikbaar voor groote legers; de wegen