39 alleen bij het leger heil te vinden was. Die dagen zijn ech ter schielijk vergeten, cn de vroeger ingewortelde tegenzin in alles, wat tot den krijgsstand behoort, keerde bij velen terug. Weiligt, wie weet het, komen deze regels in handen van enkele dezer bevooroordeeldenen wij stellen zóó hoogen prijs op de genegenheid en de achting voor den Officiers stand dat wij het als de grootste belooning voor onzen arbeid zouden beschouwenindien wij iels bijdroegen om zulken Nederlanders te doen beseffen, dat zij trotseh mo<*en zijn op het leger dal hen beschermt, en vooral op de Offi cieren die in dat leger dienen. Die Officieren mogen veilig met die van andere legers vergeleken wordenen dit zou thans het geval niet zijn, indien niet door de Militaire Akademie gezorgd ware voor eene algemeene verspreiding der wetenschappenwier kennis den krijgsman even on ontbeerlijk is als aan elk ander beschaafd man. liet was echter niet voornamelijk lot die bevooroordeel den dat wij het woord rigttenwant vermoedelijk zullen er onder hen zeer weinige zijn, die deze bladzijden lezen, daar toch dit Jaarboekje geen handelsberigten noch fonds- noteeringen bevat, en de belangstelling in het leger te ge ring isom hun tijd te doen verbeuzelen met het doorsnuf felen van krijgskundige beschouwingen. Wij wenschlen echter vooral de oogen te openen van sommige krijgsmakkers, die, weiligt uil eene te ver gedreven gehechtheid aan het oude, zelfs aan het verouderde, de Akademie steeds als eene in hun oog verderfelijke nieuwigheid beschouwen, en weiligt gaarne zouden terugkeeren tot die lijdentoen de grootste en eenigste verdienste van den Officier gelegen was in de kennis zij ner reglementen en in het stiptelijk vervullen zijner dagelijksche dienstbezigheden. Dal is nog altijd een dringend vereischtc gebleven; wij ijveren er ten sterkste voor, dat de jonge Officieren dit vooral goed blijven begrijpen, dat zij altijd wél blijven gevoelen, dat een Officier, die arm is aan ken nis, maar rijk aan ijver, aan naauwgezelte pligtsvervulling, aan goede dieust-routine den Staat veel meer diensten bewijst dan de Officier, die met een verheven verstand, begaafd is

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1856 | | pagina 125