95
van bekwame aanvoerders berooidmiste die eenheiddie
krijgstucht, die ervaring, dien militairen geest, waardoor
het alleen sterk kan zijn. En toen in 1672, dat rampjaar
voor Nederland, de vijand ons van alle kanten besprong,
toen waren wij onzen ondergang nabij. In minder dan zes
weken was de trotsche Lodewijk XIVdie de Republiek den
ondergang gezworen bad, meester van de helft des lands,
dat nu aan allerlei moedwilverdrukking en dartelheid lei-
prooi was. <c De vijandheerschende en bevelende tot op
weinige uren van Amsterdam, dreigde op alle punten, van
de boorden van de Maas tot voorde poorten van Groningen
Magtige vloten loerden langs de kustenom den benijden en
ten ondergang gedoemden staal den laatsten slag te helpen
toebrengen." Geheel Nederland was met verslagenheid en
schrik vervuld. Nu wasom de uitdrukking van een' ge
schiedschrijver van dien tijd te bezigen, «de regering rade
loos, het volk redeloos, het land reddeloos!" Nu zond men
gezanten naar den Fransehen geweldenaar, om hem den
vrede af te smeeken. Reeds wilde Holland, waar de Witt
alvermogend was, den vrede koopen voor afstand van grond
gebied, eens ten koste van zoo veel bloed vrijgevochten;-
reeds sprak men over de millioenen, die men den veroveraar
voor zijn' aftogt schenken zou toen Amsterdam eere
zij Neêrlands hoofdstad er zich tegen verzetteen steun
vond bij Willem IIIvan wien men thansnu bet vaderland
in nood was, hulp en redding verwachtte. En die ver
wachting is niet ijdel geweest.
Naauwelijks was hij met de waardigheden zijner vaderen
bekleed, of hij toonde zich den heldenstam waardig, waar
uit hij was gesproten. Hij verklaarde al dadelijk de ver
nederende voorstellen van Frankrijk voor onaannemelijk.
En toen dc Engelsche gezanten hem door bepalingen ten
zijnen voordeele zochten te winnen; toen bleek het dui
delijk, dat de edele vorst niet naar hooger heerschappij
Bosscha, Neêrl. HcUle7id I'. bl. 77.