128
niet gebruikt was, koos hij haar als leger en schuilhoek
uit, leidde er zijn paard binnen, en nam maatregelen om
hier den nacht door te brengen. Nadat hij de wonde in
zijne zijde zoo goed mogelijk verhonden had, die aan
zijn hoofd hcteekende niet veel besloot hij, indien het
hem den volgenden dag onmogelijk mogt zijn een anderen
schuilhoek op te zoekende naastbij zijnde Britscbe troepen
op te sporenen zich aan hen op genade of ongenade over
te geven. De uitgeputte krachten behoefden dringend rust
en weldra lag hij in diepen slaap verzonken.
Verscheiden uren waren er voorhij gegaan gedurende
welke hij, niettegenstaande zijne wonden, een verkwikkenden
slaap genoot, toen hij plotseling door den hoefslag van
paarden en menschelijke stemmen gewekt werd. De maan
was gedaald en de dag nog niet aangebroken. Ilij had geen
helder bewustzijn van 'tgecn om hem heen gebeurde; vrienden
kon hij niet verwachten, en het beste wat hij hopen mogt,
was de nadering van een troep Britten. De eerste
verstaanbare klanken ontnamen hem echter ook nog dezen
schijn van hoop men sprak Spaanschen de Franschman
wist maar al te welwat hij van Spanjaarden te wachten
had. Zijn noodlot hing van hun toevallig binnentreden af.
Korte oogenhlikken waren toereikend 0111 daarover te beslis
sen. Men maakte licht, en een man, die een fakkel droeg,
trad de hul binnen. Zijn uitroep, toen hij den blinkenden
uniform van een Franschman zag, trok zijne makkers naar
binnen en Dudois zag zich door ccnc Guerilla-bende omringd.
Ilij spande al zijne krachten in, en ontmoette met liet
onverschilligste gelaat hunne blikken met gevatheid beant
woordde hij alle vragen die tot hera gerigt werden. Ver
volgens schuilde de bende zamenen de Guerilla's spraken
fluisterend met elkaar, zoodat hij slechts weinige, woorden
verstaan kou. Daarna verwijderden zij zich in verschillende
rigtingen van het gebouw, en schenen den dag te willen
afwachten de gevangene gevoelde iutusschen weinig lust om
meer te slapen.