35 In hoe ver nu de vereeniging vruchten gedragen heeft voor de Marinedit mogen en kunnen wij niet onderzoeken wij schrijven ons daartoe niet de noodige kennis en derhalve niet de bevoegdheid toe. Wij zijn bovendien van meening dat het vooreerst nog moeijelijk geschieden kan. Het is eerst vijf jaar geleden, dat de vereeniging tot stand kwam de oudsten der Adelborsten die hunne opleidin g geheel te Breda genoten, zijn eerst sedert twee jaar als Adelborst lste klasse aan boordzij zullen allengs tot Luitenant 2tle klasse aangesteld wordenzij hebben pas den achttien- of negen- tienjarigen leeftijd bereikt en zijn dus nog geheel in het tijdperk hunner vorming en ontwikkeling, welke voorbereid is geworden door het onderwijs op de Akademie. Wij vleijen ons met de hoopdat zij de hier genoten opleiding eer zullen aandoen, dat zij zich den eernaam van rappe en flinke Marine-Officieren zullen verwerven, en dat zij nog menigmaal met genoegen aan de Bredasche opleiding zulfen terugdenkenal ging die ook met vele zaken gepaard welke hun toen onaangenaam en lastig voorkwamen. Mogt echter de genoten opleiding niet zulke goede vruch ten opleveren, als wij er gaarne uit belangstelling in de Marine van verwachten, dan bedenke men vooral, dat het een groote misslag was, te willen, dat de Adelborsten alleen op den jeugdigen leeftijd van dertien of veertien jaar werden toegelatenen dat zij hunne opleiding in slechts drie jaar volbragten. Ofschoon toch de Kadets voor de Landmagt ook wel toegang tot de Akademie hebbenwanneer zij veer tien jaar oud zijnzij worden er ook ouder toegelaten jonger nooit, en het is als eene uilzondering te beschouwen als zij bij hunne plaatsing niet ouder zijn. Zij hebben der halve een of twee, dikwijls drie jaar langer besteed aan het leggen der gronden om zich op het Akademisch onderwijs voor te bereiden, en wij overdrijven volstrekt niet, wanneer wij beweren, dat zij daardoor eene veel grootere vatbaarheid verkregen hebben om met vrucht de lessen te volgen. Dat onderscheid is seer groot. Voegt men nu hierbij" dat de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1856 | | pagina 57