39 leerling welligt uit eigen beweging zijne gave van opmer king besteden om zijn oordeel te vormenen dat zou hem veel nuttiger zijn dan die ellendige, die erbarmelijke pape- gaaijen-klap. Wezentlijk, hij is geen goed, zelfs geen mid delmatig onderwijzer in de geschiedenisdie zonder zelf eene voordragt te houdenzijnen leerlingen eene les uit het leerboek opgeeft, en zegt: <z morgen van pagina 116 tol pagina 179," en die dan morgen met het boek in de hand nagaatof zich de arme martelaar de feiten in het geheugen geprent heeft, welke tusschcn pagina 116 en 179 in het leerboek vermeld staan. De arme jongen dreunt welligt op, dat er een twaalfjarig bestand gesloten werd, of dat de Oost-Indische Compagnie tot stand kwamof dat er een Stadhouderloos tijdperk intradof dat Leicester met eene Engelsche hulpbende herwaarts gezonden werd; maar hij begrijpt volstrekt niet, wat het twaalfjarig bestand was; hij vat in 't geheel nietwaartoe die Oost-Indische Compagnie diende; hij heeft geen begrip hoegenaamd van de toenmalige zanjenslelling der Regering; het is hem onduidelijk wat Leicester hier met zijne troepen kwam uilrigtenen is het dan wonder, dat hij den boel op eene erbarmelijke wijze dooreen haspelt, dat hij een warhoofd wordt, die zich de jammerlijke gewoonte eigen maakt, over zaken te spreken, die hij volstrekt niet begrijpt. Het ergste is nog, dat de jongendie op zijn vierde jaar reeds de hem als redelijk wezen ingeschapen zucht hadvan alles rekenschap te vra gen en het zijnen ouders soms met zijne vragen al heel lastig kon makennaar mate hij langer onderwezen is deze natuurlijke eigenschap aflegt, en op zijn veertiende jaar door de kunst zóó ver gekomen is, dat hij zijn oordeel niet meer gebruikt om zich van iels rekenschap te geven. Wij zouden dezelfde opmerkingen kunnen maken ten op- zigte van het onderwijs in alle andere vakken; want al is zulks bij het eene wat meer en bij het andere wat minder het gevalzij moeten allen dienen om het oordeel te scher pen om het verstand te ontwikkelenom den leerlust te

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1856 | | pagina 61