8a Het brengt voor den handel de zekerheid voort, voor het huisgezin den roemvoor de natie de eer. J. Ahbert. Het krijgsmans-levcn is een goddelijke balsem die de ziel den geest en het hart tegen alle bederf beschut; het krijgs- mans-leven is de hemelsche vlamdie den dampkring van het zedelijk leven zuivert; het krijgsmans-leven is het vuur, waarin de man verstaald wordt. De hevelvoering vordert groote deugdenzeldzame hoe danigheden. Er wordt gloed zonder drift toe vereischteene zielskracht, die door geenerlei hinderpaal tegengehouden, door geenerlei gevaar afgeschrikt, door geenerlei tegenstand af gemat wordteene waakzaamheiddie zich door niets laat overvallen een vooruitzien waaraan niets ontsnapt; een door dringende blik, die snel de gebeurtenissen en zaken onder al hare gedaanten doet overzien; eene besluitvaardigheid, die zonder mis te tasten toch nimmer aarzelt; eene bedrijvig heid zonder wederga; moed, koelbloedigheid, gematigdheid, billijkheid, onwrikbaarheid, goedaardigheid; ziedaar wat in den militairen bevelvoerder vereischt wordt. J. Ambeht. Gedurende mijne veeljarige loopbaan heb ik mij altijd een paar gezegden van twee Fransche Maarschalken herinnerd. De een zeide tot Lodewijk XIV: «Sire, niettegenstaande al uwe magtzoudt gij mij geen leed kunnen veroorzakendat mij langer dan een kwartier kwelde." «Waarom?" Vroeg de Koning. »Sire, omdat ik mijn pligt doe," antwoordde de krijgsman. De Maarschalk d'Estrée verzekerde herhaaldelijk aan den Luitenant-Generaal Graaf de ba Roche-Aymon «Indien ik den moed opgegeven had hij de dertigste onregtvaardigheid of de vijftigste onaangenaamheiddie mij te beurt viel omdat ik te zeer gelijk had, dan zou ik geen Maarschalk van Frankrijk geworden zijn. J. Ambert. 6*

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1857 | | pagina 145