1U
De kaders, die in het leger de grondslag van alles zijn,
moeten slechts zelden en met de grootste voorzigtigheid
veranderingen in hunne zamenstelling ondergaan zij moeten
door eene vaste wet ingesteld zijn; hunne indeeling en za
menstelling moet in vredestijd nagenoeg dezelfde zijn als op
voet van oorlog.
II. J. Paixhans.
Ietswaartoe men bij de ieger-instellingcn vooral geraken
moetisdal de onderofficiers-betrekking een stand zijeen
ambt, een doel voor die jonge lieden, die goed en flink
dienen, maar nogtans niet aan alle noodzakelijke voorwaar
den kunnen voldoen om den officiers-rang te verwerven.
Dit, en dit alléén, vermag een geacht en flink korps on
derofficieren aan te kweekenwaaraan toch zoo hijzonder
veel gelegen is. Men moet het lot en de toekomst dei-
onderofficieren verzekeren
Onze voorschriften bevatten uitmuntende maatregelen voor
den soldaat, zij bevatten ze ook voor den officier: het zou
thans nuttig en noodig zijndat eene ervarenkundige en
belangstellende hand ook maatregelen voorschreef, die den
onderofficieren een wél-verzekerden stand geven.
II. J. Paixhans.
Men gelooft algemeen, dat hoe sterker de Schutterij is,
des te minder geld aan het Leger besteed behoeft te worden.
Maar juist het tegendeel is waarhoe meer wapens en
patronen gij onder de massa's der bevolking zult verdeeld
hebbendes te meer strijdkrachten moet de Staat bezitten
om te beletten, dat bij elk staalkundig onweer de kwalijk-
gezinden alles omver werpen.
II. J. Paixhans.
Een trouwvlekkeloosmuurvast karakterdat is het
waarnaar de krijgsman vóór alles streven moet. Bij zijne