8 door; tien dappere mannen vielen met onbezweken moed en een glimlach op hunne lippen. Des anderen daags viel de oudste zoon des Graven met nog tien man. Men droeg den ongelukkigen jongeling in de kamer zijner moeder. Zij knielde bij het lijk van haren zoon nederdeed met vaste stem het gebed voor de dooden waarop hare jongere zonen antwoorddenen keerde vervolgens weer naar hare patronen terug. Ik was gedurende al dien tijd geheel vrijen ging on gehinderd het slot rond. Ik zag deze heldhaftige mannen vallenen volgde overal den Graaf en zijnen tweeden zoon die nu hier, dan ginds streden, zoodat het mij dikwijls voorkwam als verdubhelden zij zich, en als waren zij op verschillende plaatsen te gelijk. Den derden dag ontvingen de belegaars geschut. Nu slaakte de Graaf eene zucht. >Wij moeten ons thans twee dagen vroeger overgeven dan wij dachten," mompelde hij in zich zelvcn. Nog eens trachtte ik hem tot eene capitulatie te over reden; hij antwoordde echter: aindien gij den Koning mijnen Heer welligt zien mogtwees dan zoo goed hem te zeggen Graaf van Kekyegan is voor u gestorven Siregelijk zijne vaders het voor uwe vaders deden." Een bliksemstraal van geestvervoering schitterde in zijne oogentoen hij hierbij voegde: »dat is de geschiedenis van mijn huis!" De artillerie was 's avonds aangekomenen men wachtte op het aanbreken van den dag om er gebruik van te ma ken. 's Nachts liet de Graaf mij roepenik begaf mij aan stonds naar beneden, en bevond mij hij hem en zijn gezin. rMijnheer!" zeide hij, rik heb eenige tonnen buskruid staan in gindsehen afgezonderden torendien ge hier van het venster zien kunten ik heb met mijne bezetting beslotendat wij ons morgen in de lucht zullen laten springen." Ik trad huiverend terug.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1857 | | pagina 70