37
maakt; een buit, welke van gering belang scheen, maar
spoedig van 't hoogst gewicht bleekwant aan boord dier
vaartuigen vond men uitmuntende kaarten van dc St. Laurens
waardoor de Admiraal bij machte was dezen breeden stroom
op te zeilenzonder op een dier vele bindernissen en geva
ren te stuitenwelke het volksgeloof dier dagen van de
vaart op de St. Laurens onafscheidelijk achtte. Het was
echter niet vóór den 27sten Junij dat het legerkorps op het
eiland Orleans, tegenover Quebec, werd aan land gezet.
Nog dienzelfden nacht waagde de onvermoeid waakzame vijand
eene poging om de vloot te vernielen, door uit Quebec zeven
branders af te zenden; deze dreven smeulend de rivier af,
engeholpen door een sterken stroomrechtstreeks op de
Britsche vloot aan maar Saunders die op zoodanigen
toeleg verdacht was, had zijne maatregelen genomen. Al
zijne booten werden uitgezet, goed bemand en goed be
wapend met in ieder een officierde branders werden on
verwijld bij de nadering geënterd, en aan dreggen en ket
tingen bevestigdwaarna zebuiten bet bereik der schepen
naar 't eiland Orleans werden geboegseerdom aldaar tot
asch verbrand te wordenzonder eenige schade te hebben
aangericht.
Het eiland Orleanswaarop het Britsche leger landdeis
ongeveer 33 (Ned.) mijlen lang en 11 mijlen breed; het
was uitmuntend bebouwden bood den troepen na dier
langdurigen en vervelenden overtocht alle soorten van ver-
verschingen aan. Wolfe evenwel liet den zijnen weinig rust.
Op den 29,lc" Junij zond hij den Brigade-Generaal Monckton
met vier balaillons naar den rechter oever der rivierom
bezit te nemen van de Levis Punt, een vooruitspringend
gedeelte landvanwaar men een vrij gezicht op Quebec
had, en waarop de vijand eene batterij had opgeworpen.
Dit doel werd spoedig bereikt, na slechts twee of drie
kleine schermutselingen tusschen de voortroepen en 's vijands
ongeregelde benden. Wolfe zelf rukte met het gros zijner
troepen langs het strand van 't eiland naar diens westelijken