103 om nader uitleg omtrent wat hij onder een onzijdig werk woord verstond kreeg men liet volgende antwoord, waarvan hij niet af te brengen was: »Een werkwoord is onzijdig als men het lidwoord het er vóór plaatsen kan hij voorbeeld het uithalen, hel slaan." Volgens een ander' was vergezel len," ook een onzijdig werkwoord omdat men altijd iemand en nooit iets vergezelt. Een ander verklaarde, dal het woord xechter," een voor zetselof ook wel een hijwoord kon zijn; welligt was het ook iets andersmaar zeker geen werkwoord. Hoe ver deze adspirant gevorderd was in de vereischte grondbegin selen der Fransche en Hoogduitsche talen kan men zich ligt voorstellen. De logische ontleding was ook voor velen een groot strui kelblok. De examinator moest van den één vernemen dat »hel hoofdvoorstel het onderwerp was," en dat de »ne- venvoorstellen het gezegde zijnterwijl een derde op de volgende wijze een volzin ontleedde: -o/n het eerste jaar der regering van Titus enz. ln het eerste jaar der re gering is 1sU naamval, omdat er van de regering gesproken wordt, en is ook hel onderwerpeven als Titus dat men echter verder ontbinden kan door te zeggen in hel eerste jaar bepaling; der regering, ook bepaling; van Titus, onder werp." Een ander verkondigde de leer, dat xeen onderwerp is de hoofdgedachteeen voorwerp is echterbij voorbeeld een hoek dat antwoordt op de vraag wat V' Deze meende ook, zeer logisch, dat »geslraft met eene t moest geschreven worden, omdat de onvolm. verl. tijd strafte is, en de onvolm. verl. tijd is strafte, omdat het deelwoord is gestraft." Het is niet te verwonderen, dat een der jonge lieden, die het in hunne moedertaal zoo ontzettend ver gebragt had den betuigdedal men in het Fransch le parfait dèfini al leen bezigde, «om er meer kracht hij le zettenen dat

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1859 | | pagina 169