UITTREKSEL
UI l SUWAROW'S MILITAIREN CATECHISMUS.
Na het exerceer enIn den arm t geweer! de hakken ge
sloten! Knieën gestrekt! de soldaat moet in 't gelid als een
pijl slaan. Den vierden zie ik, den vijfden niet. Schiet zel
den raak goed Met de bajonet stoot wakker toe. De kogel
kan missen, de bajonet niet. De kogel is eene zottin, de
bajonet een wakkere knaap. Stool slechts éénmaal toe
Werp den ketter met de bajonet neêr. Spartelt bij nog tegen
dan rijle hem de sabel den gorgel open. Legt bij u de sabel
op den hals, spring dan één pas terug. Stoot toe, door
boor den tweeden, den derden. Een held ziel op geen dozijn.
Bewaar een kogel in den geweerloop. Vallen er u drie aan,
zoo steek den eersten neder, schiet den tweeden dood, geef
den derden met de bajonet de rest. Dal geschiedt zelden
maar om te laden is dan geen lijd meer. Talm niet bij den
aanval.
Bij het vuren: Schiet krachtig en mik goed. Ieder man on
ge veer 20 kogels. Koop uil spaarzaamheid niet veel lood. Wij
mikken liever goed. Bij ons mist slechts de dertigste kogel.
De veld- en regiments-artillerie verliest minder dan de tiende
lading. Leg de lont aan de bandgranaat. Een geworpen
granaat vliegt over dc hoofden heen. De kanonnen zijn u
de lieden zijn u werp ze op de plaats neder jaag
steek toe!, Verschoon de overgeblevenen. Het is zonde ze
te dooden. Zij zijn ook menschen. Doe dc ingezetenen
geen leed. Zij spijzigen en laven ons. Een soldaat is geen
