toom te houden wist. Zijne staatkunde was even trouweloos en kronkelend als die van zijnen vader; doch evenals deze lieten zich bij hem nevens de vuigste en gruwzaamste ka raktertrekken sporen van onwraakbare grootmoedigheid op merken. Pc zoon bezat echter minder wilskracht dan de va der; hij wist zijne ontwerpen niet zoo beleidvol te regelen, zijne middelen niet zoo goed te kiezen, had niet even groote kennis van het adminislraiief beheer, en was evenmin bij machte de bevolking te verblinden als voor zich te mijnen. Alleen was het hem eigen met onmiskenbare scherpzinnigheid of geluk zijne ondergeschikten te kiezen en vooral aan deze omstandigheid moet zijn voorspoed worden toegeschreven. Dat het hem echter niet aan talenten moet ontbroken heb benkan ook blijken uil de bijzonderheid dat hij, overtuigd van zijn buitengemeen terugstootend uiterlijkeene verre gaande menschenschuwheid bet doorstralen en derhalve in het zoo fijne en dichte weefsel van zijn despotisch overwicht geheel voorzien moest door middel van enkele gunstelingen en handlangers, van wier baatzuchtige trouw hij zich alleen door onderlinge achterdocht en bespieding verzekeren kon. Toen nu Filippo Mama. vóór Monza bespeuren mogt, hoe de jeugdige Carmagnola alleen door 't bezwijken van zijn strijdros er in faalde zijnen geduchten bloedverwant Ettore Visconti, den Hoofdman zonder Vrees, te midden der vijan delijke gelederen krijgsgevangen te makenwas Carmagno- la's fortuin gemaakt. Aanvankelijk aan 'l hoofd eener kleine bende ruiterij geplaatst, vermogt hij achtervolgens zoo vele en zoo groote bewijzen van zijn beleid en moed te geven dal de Hertog hem al ruimer en ruimer werkkring opdröeg, en ten laalsten hem zelfs het opperbevel over zijne krijgs benden toevertrouwde. Filippo Maria's legerhoofd hermces- terde hierop alle bezittingen die de Condottiéri van Giovani Galeazzo aan zich getrokken haddenen weldra bevond zich weder 't gansche land tusschen Tessino, Adda en Alpen on der Milaneesche opperheerschappij. Ja zelfs nog niet eens was gansch Lombardië aan den Hertog onderworpenof deze

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1859 | | pagina 71