9 hem vijandige raadslieden Lampugnano en Riccio gebruik ge maakt als het geschiktste middel, om hem bij den dubbel- hartigen en steeds argwanenden Hertog met gevvenschten uitslag te belagen. Beducht voor zijne wetenschap van de geheimen der zoo slinksche als ingewikkelde Milaneesche staatkunde, begreep men hem in de eerste plaats machte loos te moeten makenen te dien einde werd van hem ver langddat hij 300 ruiters, die hij gedurende den oorlog in Lombardië bepaald aan zijne persoonlijke dienst verbonden had, uit zijne soldij ontslaan zou. In deze keurbende, waar uit hij steeds de kaders zijner troepen aanvulde, bevonden zich juist zijne beproefdste vrienden en wapenbroeders, louter mannen die hem in alle gevaren trouw ter zijde gestaan en met hem de luisterrijkste zegepralen verworven hadden. Op zijn verzoek om intrekking van dit bevel ontving hij geen antwoorden spoedig werd het voor hem meer dan waar schijnlijk dal men zijne brieven achterhield. In de vaste over tuiging dat zulks het geval was, en begrijpende dat voor hem alles op het spel stond begaf de verbolgen Stedehou der zich thans in persoon met een gewapend geleide uit Genua naar Milaanen vroeg hij den Hertogdie zich toen in 't Kasteel van Biagrasso ophield om gehoor. Voor het eerst werd hem alsnu de toegang tot de Hertogelijke ver trekken geweigerd; hij herhaalde zijn aanzoek, doch men verwaardigde hem zelfs met geen antwoord. Nu verhief Car- magnola zijne krachtvolle stem zoo luide, dat Filippo Maria woord voor woord verslaan kon. »Ik weet wie mijne vij- nanden zijn," krijschte de in woede ontstoken Condottiére onder de hevigste verwenschingen zijnen verbijsterden Vorst in 't oor; »het zijn uwe afgunstige raadslieden die onder- sling hebben saamgespannen om mij het slachtoffer uwer ondankbare, achterdocht te doen zijn maar laten zij op hunne «hoede wezen. Met tranen van berouw zal men nog een- smaal denken aan het oogenblik waarop men voor mijGraaf «Carmagnola de deur gesloten hield." Zijne heftigheid bracht zoo groole ontsteltenis onder de hovelingen te weeg,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1859 | | pagina 75