19
lot cenen onverwijlde» vrede le geraken. Naauwelijks even
wel was men het over de voorwaarden eens geworden, of
hij hervatte de vijandelijkheden en zulks vooral op aan
drang van de Milaneezen zelve die hem 20000 man troe
pen uit eigen middelen aanboden. Aanvankelijk behaalde
alsnu het leger van "Visconti eenige geringe voordeden
voornamelijk ook dewijl Carmagnola door eenen val met zijn
paard ettelijke weken uil het honds-leger afwezig bleef. Zelfs
toen hij hersteld was mogt de vijand zich nog in den
gunstigen uitslag van een wapenfeit verheugen, toen de be
kwame PieciNiNO er in slaagde Carmagnola bij Gollolengo in
eene hinderlaag te lokken welke aan dezen 1500 man kostte.
Sedert nam hij zijne voorbehoedings-maatrcgelen legen alle
verrassing op zoo groolc schaal dal ze ter deze plaatse niet
onopgemerkt mogen voorbijgegaan worden. Zoo vaak Car
magnola voortaan eene legerplaats betrok vormde hij rond
om uil twee rijen karren eene wagenburchtwelke door
boogschutters bewaakt werd. Met dit doel volgde bestendig
een trein van 2000 met ossen bespannen wagens zijn leger.
Bijaldien hij dil denkbeeld van de Ilussielen in Bohemen ont
leende, dan was hel toch eene zeer onvolkomen nabootsing
van dier gewoonte. De Bohemers toch dekten hunne karren
aan weerszijden met afhangende planketselsverbonden ze
onderling door kettingen, en verrichtten er menige kunst
matige evolutie mede. Hunne beweegbare wagenburchten
waren de schrik der geharnaste ridders; de koenste benden
van Europa logen er voor op de vlucht.
Carmagnola besloot thans zich met alle mogelijke krachten
tol het beleg van Cremona voor te bereiden. Hij forceerde
te Bina den overtocht over den Ocjlio, en legerde zich in
Junij aan 't hoofd van 36000 man op drie uren van Cre
mona. Filippo Maria eindelijk inziende, dal het zonder de
grootste inspanning zijnerzijds als in 1426 gaan zoude, ver
toonde zich voor 't eerst sedert zijne troons-aanvaarding in
persoon aan zijn leger, en trok zoo vele versterkingen aan
zich, dat hij weldra met eene even grootc macht als zijne
~jL