28 plaats. Bij verstek werd hij ter dood veroordeeld, «omdat hij zich ten nadeele van den Staat had laten slaan, omdat ihij zijn plicht verzuimd, zich als een lafaard gedragen en «zijne lieden zelfs lot vluchten aangespoord had!" Carma gnola daarentegen dien men met recht de grootste schuld van dit onheil had kunnen en moeten geven, werd niet eens ter verantwoording geroepen ja zelfs voorbedachtelijk ge vleid en in slaap gewiegd. Hij Carmagnola toch was te machtig aan 't hoofd zijner troepen de gelegenheid tot straffen scheen aan Venetië's sluwe bewinds-liedcn niet gun stig toe; maar voor een ieder, die zich niet door overmoed vervoeren liet zou het een onheilspellend voorteeken ge weest zijn, juist nu door den Senaat van Venetië met een geschenk van ettelijke fraaije rijpaarden verrast te wor den en zoo ver dreef toch de hooghartige Raad der La gunen-stad zijne arglistige geveinsdheid. Ja zelfs moet reeds toen het besluit in den Grooten Raad van Venetië zijn ge nomenom den zoo verdachten veldheer eerlang als ver rader voor hunnen rechterstoel te dagen. Nog meer, de beraadslagingen hierover werden gehouden op het oogen- blik dat Carmagnola onverwachts met zijn gevolg Venetië binnenreed ten einde over het plan van den veldtocht met den Doge te spreken. Wetende dal deze den ganschen nacht in rade gezeten had, vroeg Carmagnola hem glimlagchend of hij hem goeden morgen dan wel goeden avond wenschen moest, en de Doge, zijn voormalige beschermheer, ant woordde zonder blikken of blozen op de vleijcndsle wijze, »dat werkelijk de staatszorg zijne nachtrust in beslag geno- »men had, en dat er dikwerf sprake over Carmagnola's «voorbeeldige diensten geweest was/' Opmerkelijk is hel trouwens dat het besluit genomen werd door eene vergade ring van 500 ledenen dat hel maanden lang een diep ge heim bleef. Zoo iets was alleen in Venetië mogelijk! Alle omstandigheden in aanmerking genomen schijnt het dat Carmagnola alsnu van harte belust was om te doen blij ken dat hij en hij alleen den Leeuw van San Marco zege-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1859 | | pagina 94