73 Weelderig mogelijk: wijngaarden, vijgen en palmen groeijen er met alle vruchlboomen die in het zuiden van Frankrijk worden gevonden. De bewoners van Laghouat verkeerden in de meest vijan dige stemming jegens de Franschenzij hadden de Fransche zendelingen het hoofd afgehouwen, alle vredelievende voor stellen met uiting van het hevigste fanatisme van de hand gewezen, en die beantwoord met bedreigingen. Den volgenden morgen, den 5dcn, ten zeven uur liet de generaal Peussier eene verkenning uitvoeren van de stad en de oasis ten einde de bezwaren aan den aanval ver bonden naar waarde te kunnen sehatten waarbij de vijand een uitval deed en de aanvaller aanzienlijke verliezen leed. Denzelfden dag, een uur voor middernacht, vertrok de ltutenant kolonel Cler uit het kamp van den generaal Pe ussier met den generaal Boucarin om de plaats aan hare zuidzijde in te sluiten. Deze hoofdofficier had onder zijne onmiddellijke bevelen de twee bataillons van het 2de regi ment Zouaven een bataillon van het le Zouaven en vier inlandschc tirailleur-kompagniën. Toen de luitenant-kolonel het bivouac verlietkwam de generaal Pelissier hem de hand drukken en hem een goed en vooral spoedig slagen toewenschen. «Herinner u, Cler," zei de generaal, xdat »ik u uitgenoodigd heb om morgen voor den middag op het hoogste terras van de casbah van Ben-Salem bij mij le ko- men dejeuneren." Toen de voorhoede dezer kolonne op ongeveer 200 el van de zuidpunt der oasis, en in het gezigt van den Marabout Sidi-Aissa was gekomen, deden 500 Arabieren, onder het aanheffen van een woest geschreeuw een uitval. De kolonne maakte dadelijk halt, en maakte zich gereed den vijand het hoofd te bieden maar deze ziende hoe talrijk zij was en in welke goede stelling zij zich bevond nam dadelijk weder de wijk naar de stad. Van dit oogenblik af, namen de stad en de oasis dal doodsche voorkomen aan hetwelk er zooveel

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1860 | | pagina 145