93 Van de 165 gekwetsten waren er maar 20, waaronder de luitenant Esmiku een zeer dapper officier, die bezweken. Ongelukkigerwijze kan men van de door de cholera aange taste officieren en soldaten niet hetzelfde zeggen. De kapi tein Fermer, die door eene chronische dvssenlerie zeer ver zwakt washad nog kracht genoeg overgehouden om zich tot op het slagveld te slepen, en er zijne soldaten het voor beeld van den grootsten heldenmoed te geven; hij stierf spoedig even als de luitenants Oizan en Delfosse. Den 9deu October 's avonds was alles in gereedheid, om de loopgraven voor Sebastopol te openen 1600 werkers moesten dat gewigtige werk uitvoerenen eenige bataillons waaronder bijna het geheele '2de regiment Zouaven moesten hen dekken. Tegen de algemeenc verwachting verontrust ten de Russen de werkers niet door hun vuurnoch door hunne uitvallen. Van af den 10den deed het regiment met de overige troepen dienst in de loopgraven. Deze oorlog had weinig overeenkomst met dien welken de Zouaven in Afrika gevoerd hadden. In plaats van eenen zigtbaren vijand op een uitgestrekt slagveld aan te vallen moesten zij hier in een rotsachtigen grond voet voor voet zich een weg banenzich gedurende vier en twintig uren in een gat in den grond nestelenom de werkers en hunne aangevangen werken te beschermen, en zoowel vechten met de schop als met het geweer. Deze nieuwe wijze van vech ten waarbij een onziglbare vijand hen met zijn vuur over stelptevervolgens van een donkeren nacht gebruikmaakte, om de door koude dikwijls verstijfde werkers en de loop- gravenwacht aan te vallen kon toch de Zouaven niet neer- slagtig maken. Gedurende hun zwaar werk vervrolijkten zij elkander door allerlei ondeugende verhalenen verlo ren nooit dien smaak voor kortswijl die ten allen tijde den Franschen soldaat eigen isen hem de grootste bezwa ren doet overkomen. Iloe menigmalen gebeurde het niet, als de kompagniën uitgehongerd uit de loopgraven terug keerden na twaalf uren gewerkt te hebben of vier en twin-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1860 | | pagina 165