97 »nict doen hoorenvoor wij in het werk zelf in gevecht szijn, of wel, wanneer gij bij den aftogt het spoor bijster raakt. Er moet niet gevuurd worden; elk schot in den inacht is onzeker, en de onzen kunnen even goed getroffen «worden als de vijand; onze wapens moeten zijn de bajonet «en de kolf van het geweer." Na deze algemeene instructie sprak de kolonel Brieven uil Frankrijk melden mij dat «ik tot generaal benoemd ben; deze benoeming zal bekend i gemaakt worden met bet besluit tot de organisatie eener inieuwe divisie. Mijne gelukstar brengt wederom deze ver- «traging te weeg; gij hebt altijd vertrouwen in haar gesteld; s beden nog laat mij de Voorzienigheid aan uw hoofd bl ij - «ven, en een roemrijk gevecht te meer aan het vaandel «hechten." Het regiment loonde vol geestdrift te zijn. Iedereen trachtte aan de expeditie deel te nemen; ten tien uur 's avonds wer den de bataillons verzameld. Te middernacht vertrok het kleine aanvalskorps naar de tweede parallelde twee bataillons Zouaven werden geplaatst achter groote openingen die links en regts in de borstwering gemaakt waren. In het midden bevonden zich £50 mariniers met den generaal de Monet. Dit kleine bataillon moest desgevorderd elk der bataillons Zouaven bijstaan en versterken. Ten een uur verdween de maan, en bet werd zoo donker, daar de hemel met donkergrijze wolken bedekt was, dat men geen twee passen ver, de omringende voorwerpen kon onderscheiden. Een half uur later verlaten de beide bataillons Zouaven de parallel in seclie-kolonnes. Op een gegeven teeken stellen zich de heide kolonnes in beweging; de regtsche komt tot vlak bij de vijandelijke werken zonder dat er op haar een enkel geweerschot gelost is. Naauwelijks gaat zij wat ver der, of zij wordt van op een geringen afstand in front en in de flanken door een hevig geweervuur begroet. De Rus sen bedienen zich van iichtkogelsom hunne tegenpartij goed te kunnen zienen om te weten waar zij hunne scho ten moeten rigten. Daar van de linker zijde der vijandelijke

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1860 | | pagina 169