103
zij die hunne laatste woorden hoorden ongelukkigerwijze
hunne namen niet zoo volledig te weten kunnen komen.
De gouverneur van Scbastopol, de generaal Osten-Sacken
deed hulde aan den moed der Zouaven hij dien aanvalin
eenen brief, dien hij den volgenden dag aan de bevelheb
bers der verbondene legers schreef. Zijne woorden luidden
aldus: »lk haast mij u te berigten dat uwe dappere sol-
daten die gisteren in onze verschansingen gesneuveld zijn,
»in tegenwoordigheid van een gedeelte van het garnizoen
»met al de militaire eerbewijzingendie aan hunne voor-
nbeeldige onverschrokkenheid toekomen, zijn begraven ge-
worden."
De weinige gekwetste Zouavendie de Russen opnamen
van het slagveld genoten te Sebastopol de welwillendste ver
zorging die hun de gevangenschap verzachtte.
De generaal Canrobert deed aan het leger het schitte
rende gedrag der Zouaven van het 2de regimentin eene
dagorde kennen. De kolonel Cler werd bevorderd tot bri
gade-generaal en in zijn kornmando opgevolgd door den
kolonel Saurin, een hoofdofficier, die in de Afrikaansche
oorlogen veel ondervinding had opgedaan.
In de maand Junij 1833 hadden de Russen de voornoem
de werken aanzienlijk uitgebreid; zij noemden die de redouten
Kamtchatka, Seliginsk en Volhynië. Deze werken waren met
grof geschut gewapend en voor hun front gedekt door een
zamenwecfsel van caponnieres en loopgravenzij hielden
den belegeringsarheid tegen en bragten den aanvallers door
hun vuur, dat op zoo geringen afstand eene groote uitwer
king hadf, dagelijks gevoelige verliezen toe.
Den 6dcn besloot de generaal Pelissier, in overeenstem
ming met den Engelsehen opperbevelhebber, dat die werken
aangevallen en veroverd zouden worden. De uitvoering van
dit besluit werd toevertrouwd aan den generaal Bosquet.
De 3de divisie van het 2de korpswaarhij zich het 2de regi
ment Zouaven bevond, werd voornamelijk belast met den
aanval der redouten Seliginsk en Volhynië.