25
naauwlijks eenige goede kanonniers overhoudende de krijgs
tucht verzwaktonverschilligheid en lusteloosheid bij een
groot aantal officieren; de soldaat ontmoedigd, de wenscli
naar bevordering zonder prikkel de roemzucht bijna uitge
doofd; en, tot overmaat van ramp, in zes weken tijds meer
dan 50,000 nieuw opgekomene manschappen door besmette
lijke ziekten weggerukt. Om een enkel voorbeeld te geven
van den toestand van ontbinding waarin hel Fransche leger
door den veldtocht van 1813 was gebragt, zullen wij ver
melden dat, volgens een sterktestaat van 15 December 1815,
bij verscheidene division van de jonge garde er niet meer
dan een 600 man onder de wapens warenen dal eene
zelfs (de divisie Boyer) er slechts 294 telde.
Wel gelukte het aan de krachtige voorschriften van Na
poleon, om dien rampzaligen toestand van zaken eettiqzins te
verbeteren orde en krijgstucht te herstellen nieuwe korpsen
op te rigten en de gelederen der reeds bestaande aan te
vullen maar het is overbodig te zeggendat dit alles
nog zeer veel te wenschen overliet, en dat gebrek aan tijd
en aan middelen, hel onmogelijk maakten aan de krijgsmagt
die uitbreiding te geven welke de Fransche Keizer beoogde.
De nieuw opgeroepene ligtingen kwamen slechts gedeeltelijk
onder de wapenen omdat een groot gedeelte van Frankrijk
reeds vóór dien tijd, door de vreemde legers werd bezet;
bovendien was er gebrek aan wapenen en bleef daardoor een
goed gedeelte der op te rigten korpsen, alleen op bet pa
pier, bestaan. Vooral bleef de organisatie der kavalerie en
artillerie gebrekkig, en men was zelfs gedwongen, voor die
wapens kleinere paarden dan gewoonlijk aan te nemen maar
ook de infanterie, groolendeels uit jonge soldaten bestaande,
was niet in staat de vermoeijenissen des oorlogs te verduren
en de zware, onophoudelijke marschende gedurige ge
vechten, deden haar, in dezen veldtocht, als sneeuw ver
smelten.