u De Kroonprins zeide hem hierop eene beschikking voor den generaal Bülow voor waarin hij hem alles wat deze hem had laten voorslaan gelastte met bijvoeging van dat gene hetwelk hij voor de overige korpsen noodig achtte. Wetterstedt trad hier letterlijk als sekretaris op. «Om de waarheid hulde te doen, kan ik niet anders zeg gen dan dat de Kroonprins mij hij deze gelegenheid door zijne scherpzinnigheid, door zijne grondige bedachtzame op merkingen en door bel zelfvertrouwen en de duidelijkheid waarmede hij zijne beslissing te kennen gaf, een onbe grensd vertrouwen in zijne bekwaamheden als veldheer deed stellen en mij daarvoor eene hooge achting inboezemde. »Toen ik mij met mijne gewigtige depêche op weg begaf, rigtle ik mij zooveel mogelijk naar de sterren, om de op Julcrbotjk aanrukkende vijandelijke kolonnes niet te nabij te komen. Het is dikwijls zeer onaangenaam als men hij zulke gelegenheden niemand bij zich heeft, dien men regts of links kan vooruitzenden om eens rond te zientoen ik dus onderweg een Pruissisch huzaar ontmoettewas mij dit zeer welkom en ik beval hem mij te volgen. Toen ik echter eens naar hem omzag, was hij zijn pligt vergetende, achter gebleven. Daar ik nog een groot eind wegs had af te leggen kon ik mij niet ophoudenen liet den huzaar trekken. Spoedig daarop kreeg ik troepen in het oog, bij welke ik eene zekere onrust waarnam. Ik reed voorzigtig naderen herkende kozakken. Het was het tot het korps van Bülow behoorende pulk kozakken van den kolonel Bi- chalow uit wiens gebaren en afgebroken woorden ik spoe dig bemerkte, dat bij op de Franschen gestooten had, waarna mijne goede Russen hunne kalmte nog niet hernomen hadden. »Hoe meer ik mijn doel nabij kwam, en dus ook den vijand hoe voorzigtiger ik mijn weg moest voortzetten. Spoe-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1861 | | pagina 100