54 die hen nog van den vijand scheiddeten einde aan dezen vreesselijken toestand een einde te maken. De geringe dikte van den boom tegen welken ik leundeveroorloofde mij den verschrikkelijken strijd te aanschouwen. Geene pen is in staat de verbittering te beschrijven waar mede hier gestreden werd. Men vocht met alle mogelijke wapenen man tegen man, in massa's en afzonderlijk; er werd geen pardon gevraagd of gegeven. De I ranschen zoch ten Casa Nuova tegen eiken prijs te behouden en de onzen spanden alles in maar ook hunne laatste krachtenom de pachthoeve te nemen. De eene stormaanval volgde den an deren, zonder dat daarom het vuur zweeg; want men stond dikwijls gedurende eenige minuten als twee muren tegenover elkander, totdat de eene of andere partij het schieten moede werdweder naar de bajonet greepen het gevecht van man tegen man met nieuwen moed weder aanving. Gedurende deze geweldige worsteling bespeurde men onze jongste manschappen in de voorste gelederen der strijdenden. De oude soldaten zagen deze jongelingen van welke zij niet zelden veel te geringe gedachten hadden gehad verwonderd aan en moesten al hunne krachten inspannen om deze in het gevecht met de bajonet of met de kolf van het geweer te evenaren. Men zag hier en daar, waar de officieren en het kader gevallen waren geheele troepen gebaarde gezellen zich aan de leiding van een dier krachtvolle jongelingen toevertrouwenen met hen in de schuilhoeken der pacht hoeve dringen. De onzen moesten echter de smartelijke opmerking maken, dat zij niet ondersteund werden. Verscheidene ingangen en hoeken van Casa Nuova waren reeds genomen, en als men slechts eene geringe versterking zond, kon er de vijand volkomen uit verdreven worden. Doch van de ten laatste aangekomene troepen van Caisrobeht rukten nu voortdurend versche bataillons ten strijde, terwijl wij alleen bleven; de overmagt werd te grootonze laatste strijders moesten de reeds

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1862 | | pagina 118