11 In Piemont. Ons regiment betrad in den namiddag van den 29sten April aan het hoofd van het 5lle legerkorps onder de hart verheffende toonen van het volkslied en van den Radetzky- marsch den Piëmonteschen bodem. Uet vijandelijk gewestdat het naast aan onze grenzen lag, de Lomellina, was geheel ontruimd door het Piëmon- teesch leger. Wel had de Piëmontesche regering de inwo ners verzocht om hunne woonplaats te verlatendaai men den veldlogt van 1812 in Rusland met ons wilde navolgen; maar zij hadden in weerwil hiervan verkozen om te blijven en gedroegen zich bij uitstek voorkomend en vriendelijk je gens ons leger. De weinige hindernissendie de vijand ons in den weg had gelegd zooals doorgravingen van den weg en hier en daar kleine overstroomingen met behulp van het waterdat hier dikwijls de rijstvelden bedektwaren binnen weinige minuten door onze wakkere afdeeling pionnierszelfs door het landvolk uit den weg geruimd. liet was ook bij eene dezer hindernissen dat wijzoolang de herstelling van den weg duurde, ter zijde afzwenkten en ons bri adesgcwijze op stelden. Thans eerst werden de geweren met scherp gela den thans eerst scheen het ernstige oogenblik der inleiding tot den bloedigen strijd daar te zijn. Ik sloeg hierbij met de grootste belangstelling de verschillende gelaatstrekken gade van diegenen mijner manschappen die voor t eerst den vijand te gemoel gingen. liet grootste gedeelte mijner brave soldaten bevond zich in deze omstandigheid. Het oogenblik waarin het pakje met scherpe patronen geopend en de eerste niet voor de oefenings- schijf bestemde kogel in den loop geladen werd, had eene zekere gedrukte stemming doen ontstaan. Maar bet eerste woord van onzen brigade-generaal, die ons eene legeiordci van den keizer voorlaslokte een luiden vreugdekreet uit

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1862 | | pagina 75