56 en terwijl Hollwell naar het vertrek zijner bruid ijlde, en de overste met de officieren en de reeds voor het feest aan wezige rijke planters en aandeelhouders der Kompagnie zich in de eetzalen begavenverwijderde Akbar zich met een zonderlingen glimlachwaarin de list van den boa met de woede des tijgers zich scheen te vermengen. Nog vloog de vleermuis rond de muren van het liötel der Kompagnie, en de passaatwind deed te middernacht de door de ebbe verlatene schelpkalk-kusten droogentoen luitenant Hollwell, door een ordonnans-officier gewekt, in de zaal van den overste geroepen werd. Daar is de vloot des admiraals," riep deze hem te ge- moet, terwijl hij op een lichtend punt in zee wees; hier uwe volmagt; de zeeheld Watson kruist reeds in onze wateren; een bootsman bragt zoo even het berigtdal hij hel op Goa geiuunt, had; ik voeg mij dadelijk bij hem, en ga nog heden nacht onder zeil." »Naar Goa?" vroeg hem de luitenant, het hoofd schud dend. 3>Ik weet wat gij zeggen wilt, waarde heer," viel de overste in »Goa is rustig geweest dat wil zeggen tot gisteren, toen hij, de Nawab, voor Carnate is geland. Daarom geen uitstelaan het moorden en branden moet paal en perk worden gesteld; gij blijft hier en neemt hel bevel over." »En Arabella?" vroeg de luitenant. »IJa! lachte de overste, Mars en Ilymen zijn twee el kander vijandige goden; gij verstaat mij wèleerst den degen, dan de fakkelmaar troost u, spoedig keer ik terug; wat mij aangaat, kan het meisje, met hare kameniers, onder uwe bescherming achterblijven wat zal zij ook op het schip doen, waar slechts kruid brandt Voorwaartsmijne hee- ren, de donder raast!" riep de strijdlustige overste, terwijl een verwijderd kanongebulder zich uit zee deed hoorenen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1863 | | pagina 116