80 delijk met het oog gevolgd kan worden toch best te onl- loopen is vooral als je te paard zit, zei er eenuit de laatste zinsnede is op te maken dat hij een kavallerist was. «Dat is maar een optisch bedrog;" riep een andere, «je zoudtdenkende het klompje ijzer mis te loopen misschien juist teregt komen op de plaats, waar het neervalt; en dan in tijd van oorlog mijn hemel dan kon je wel altijd met je neus in de lucht slaan kijken om die massa ver nielersdie uit de digte lookwolken op je body worden afgezonden te ontvlugtcnnet of je niet anders te doen hebt. Neen, dat is nonsens!'' «De kavallerie sjeest" zei weer een ander «maar wat me tegenvalt," vervolgde dezelfde stem, «dat is de slag." Toen was er iemand die opmerkte dat het ook maar rico- cheteren was en dat ze elkander eens nader zouden spre ken wanneer met diezelfde vuurmonden gedemonteerd werd. Daarop werd het gesprek weer algemeen en de bediening die zich daarin mengde, had als meesteres in het vak de beslissendste stein nu mogt zé meespreken maar straks als de duif aangekomen was, dan begon weder haar arbeid. De duif is niets anders dan één kadelde duivcnpost niets anders dan een verbindingsketen van kadelsop re gelmatige afstanden van elkander geplaatst zijwaarts lus- schen de batterij en de observatiepost lot het overbren gen van boodschappen en briefjes. Een schakel uit die keten heet de duif. Spoedig daarop arriveerde de hijgende duif en op het briefje, dat bij bragtstonden de uitkomsten vermeld. Mooi allen op den walgang aangeslagen twee in een tra vers blijven steken de derde over het ravelijn heen Maar niet alleen in de batterij ook in de observatiepost was de sentatie grootdaar hadden ze de projectielen door de iucht zien wandelen en rustigjes over den walgang hup pelen na het eerste salvo was alles wat beenen had

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Almanak der Koninklijke Militaire Akademie | 1863 | | pagina 140