87
nik heet Arnold,' was hel eerste wal me over de lippen
kwam.
»»En ik Marie,'' antwoordde ze.
»Was ik maar wat minder schooljongensachtig geweest
dan zou ik haar minstens den arm aangeboden en verze
kerd hebben, dal mij niets aangenamer zou wezen, dan
haar weder op den weg te brengen ik had dan moeten
spreken van een gezegend toeval of zoo iels dergelijks
maar 'k was schrikverwekkend baar."
"Dan moet u hierheen," en ik wees op een naauw
voetpad langs de eiken struiken.
I" een oogwenk was de wille fee langs dat paadje hup
pelende verdwenen nog eens keek ze even om en een
oógenblik later, meen ik flaauw gehoord te hebben «Merci,
Arnold."
«Sedert dien tijd ben ik verzen gaan maken en ik ge
loof. dat er toen in mijn vijftienjarig hart een zenuw aan
bet trillen was. die bij ouderen van jaren in beweging
komt als er liefde in het spel is.
«Aux ames bien nées
La valeur n'atlend pas Ie nombre des années."
7,ou voor de liefde wel een termijn zijn gesteld?'"
«En heb je haar kort. daarna weer gezien vroeg ik
met een intonatie in de stem geëvenredigd aan de pleg-
tighe d van hel oogenbiik.
«Een jaar later," vervolgde bij, «in mijn eerste verlof
als kadeten toch had ik sedert het voorgevallene lol aan
den tijd dat ik op de akademie moest wezen ontelbare malen
langs hel builen van den Baron van Bevelaer gewandeld
Marie was zijne dochter; later hooide ik dat zij kort
na onze zonderlinge ontmoeting naar de kostschool in
Brussel was gegaan. Een jongen groeit langzaam op tot
man; jaren zijn noodig om hem hel kinderachtige van de